HET GEBED VAN DE VROUWE VAN ALLE VOLKEREN

Tekst van het GebedDit gebed vindt zijn oorsprong in Amsterdam in 1951. Sinds die tijd heeft het vele malen het Imprimatur gekregen.

Na overleg van de plaatselijke bisschop met de Congregatie voor de Geloofsleer (2006) betreffende het gebed, keurde de Congregatie de tekst van het gebed goed met de aanwijzing om de oorspronkelijke zinsnede “die eens Maria was” te veranderen in: “de heilige Maagd Maria”, vanwege de mogelijkheid van verkeerd verstaan.

Het Gebed van de Vrouwe van alle Volkeren vormt samen met haar Beeltenis de kern van de Boodschappen.

HEER JEZUS CHRISTUS,

ZOON VAN DE VADER,

ZEND NU UW GEEST OVER DE AARDE.

LAAT DE HEILIGE GEEST WONEN

IN DE HARTEN VAN ALLE VOLKEREN,

OPDAT ZIJ BEWAARD MOGEN BLIJVEN

VOOR VERWORDING, RAMPEN EN OORLOG.

MOGE DE VROUWE VAN ALLE VOLKEREN,

DIE EENS MARIA WAS,

ONZE VOORSPREEKSTER ZIJN.

AMEN.

BENT U NIET ALTIJD MARIA?

Natuurlijk kan Maria altijd als ‘Maria’ worden aangeroepen, dat doen we immers ook als we de rozenkrans bidden en vele malen “wees gegroet Maria” herhalen. Maar de Vrouwe van alle Volkeren wil juist door deze formulering uitdrukken dat zelfs haar roeping een wonderbaar wordingsproces was. Het gaat dus steeds om dezelfde persoon, om Maria. Maar nu, in Amsterdam, wil zij “die eens Maria was”, op het hoogtepunt van haar medeverlossende roeping als ‘DE MOEDER, DE VROUWE VAN ALLE VOLKEREN’ worden aangesproken. Want ook Maria werd in de loop van haar leven wat zij voorheen nog niet was. Door haar FIAT werd zij – de Onbevlekte Ontvangenis vol van genade, de volslagen onbekende, eenvoudige Maria uit Nazareth – de Moeder van de goddelijke Zoon. Door haar lijden, in vereniging met haar Verlosser, werd de Moeder van Jezus vervolgens ook de Moeder, de Vrouwe van alle Volkeren en als zodanig wil zij nu, in onze tijd, erkend en door alle mensen bemind worden.

Alles hing af van haar instemming en trouwe medewerking – ook bij Maria! In dit verband kunnen concrete voorbeelden laten zien hoe de mens door de medewerking met Gods genade en door lijden rijpt tot degene waartoe God hem geroepen heeft:

“Moge de vader en patroon van de Kerk, die eens Jozef was, onze voorspreker zijn!”

Of met betrekking tot een heilige paus:

“Moge paus Pius X, die eens Giuseppe Sarto was, onze voorspreker zijn in de hemel!”

Toen de zieneres de diepere betekenis hiervan begrepen had, gaf zij aan mensen die er vragen over stelden, ter verduidelijking graag de volgende vergelijking: zoals het spelende meisje Beatrix reeds geroepen was om eenmaal koningin van Nederland te worden, zo werd Maria, die eens als onbekend, eenvoudig meisje in het onbeduidende Nazareth woonde, de Moeder, de Vrouwe van alle Volkeren.